Bescheiden, netjes en alles onder controle, dat is de indruk die voormalig proftennisser Sjeng Schalken maakt. Op de AFAS Tennis Classics in Apeldoorn hebben we de eer om tijdens het avondeten bij Schalken aan te schuiven. Met negen titels in het enkelspel en zes in het dubbelspel, een halve finale op de US-Open, drie kwartfinales op zijn geliefde Wimbledon en een stabiele positie bij de beste twintig tennissers van de wereld kan hij tevreden terugkijken op zijn tenniscarrière. Toch is hij nu gelukkiger. Schalken vertelt over zijn perfectionisme, ‘een goede en vervelende eigenschap’, zijn drive, mentale verbeteringen op de baan, zijn mooiste overwinningen, de overgang van proftennisser naar zakenman en zijn liefde voor zijn vrouw Ricki en hun twee dochters.
Na acht jaar het racket weer opgepakt
Voor het eerst in acht jaar is de voormalig nummer elf van de wereld weer op de tennisbaan te vinden. “Jacco belde me aan het begin van dit jaar op of ik mee wilde doen aan de AFAS Tennis Classics. Dat vond ik een mooi idee. Het was goed om weer wat fitter te worden en mijn racketje weer eens op te pakken.” Of het niet al eerder kriebelde sinds het beëindigen van zijn carrière op 29 maart 2007? “Nee, ik heb zoveel getennist in mijn leven en de laatste twee à drie jaar waren niet leuk op de tour. Ik werkte heel hard, zonder resultaat.” Voor Schalken was het besluit om te stoppen niet moeilijk. “Het was zelfs heel fijn. Ik was al twee jaar lang aan het vechten en ik wist niet waardoor ik bleef verliezen. En doordat ik langzamer werd, ging ik juist meer trainen. En uiteindelijk kwam de ziekte van Pfeiffer naar voren, die niemand had gezien. Toen ging mijn rug kapot en ook mijn achillespees en mijn voet. En mijn linkerbeen viel uit. Het was echt een compleet verval van mijn lichaam. Toen ben ik gestopt. Het kon ook niet anders.” Het lichaam van de hardwerkende Schalken is hier ook nooit meer van hersteld. “Nu acht jaar later pak ik het racket op en binnen twee dagen heb ik weer dezelfde dingen. Ik heb eigenlijk roofbouw op mijn lichaam gepleegd. Ik mis nu af en toe wat backhands. Dat komt doordat de coördinatie in mijn linkerbeen niet optimaal meer is. Vroeger miste ik nooit een backhand en als professioneel mocht dat ook echt niet van mezelf. Inmiddels kan ik het wel accepteren.”
“Ja, de dwang naar perfectionisme. Helaas heb ik dat. Daar word je zelf helemaal gek van. Ik werk altijd hard, kijk altijd hoe het beter kan en geef altijd 100 procent.”
99 procent kan niet
Uit dit verhaal kunnen we al één ding opmaken, wat Schalken doet, wil hij goed doen. “Ja, de dwang naar perfectionisme. Helaas heb ik dat. Daar word je zelf helemaal gek van. Ik werk altijd hard, kijk altijd hoe het beter kan en geef altijd 100 procent. Met 99 procent neem ik geen genoegen. Die houding is niet gemakkelijk. Niet voor jezelf en ook niet voor de mensen om je heen. Tijdens mijn carrière ging het ook niet om het genieten, het ging om het resultaat. Het was niet gezellig, ik moest simpelweg winnen. En als je wint, dan was dat normaal en als je verliest dan kon dat niet,” blikt de Limburger terug. Sinds het beëindigen van zijn profcarrière is Sjeng behoorlijk veranderd. “Ik heb weer kunnen investeren in sociale contacten. Ook ben ik een stuk relaxter geworden. Vroeger zat er altijd druk op de ketel, dat hoeft nu niet meer. Wel heb ik dat gevoel af en toe weer met mijn kledingbedrijf Sjeng Sports, in het verkoopseizoen met hele grote klanten. Dat kan ook leuk zijn. Al is het wel een onprettig gevoel. Wel denk ik dat ik nu gelukkiger ben.”
“Tijdens mijn carrière ging het ook niet om het genieten, het ging om het resultaat. Het was niet gezellig, ik moest simpelweg winnen.”
Een kijkje in de keuken van Eltingh-Haarhuis
Verwonderlijk is het niet dat de perfectionistische Schalken last had van wedstrijdspanning. “Ja, ik was gespannen voor elke wedstrijd, vaak al de avond ervoor. Ik zocht de bevestiging dat het goed zat door heel veel trainingsuren te maken. Dat gaf me weer wat rust. Als je hard werkt, heb je meer kans dat het ook op de belangrijke punten goed gaat lopen. En dat is belangrijk voor het vertrouwen,” vertelt Schalken. “Toen ik achttien was, was ik mentaal zwak. Ik speelde voor het eerst tegen Agassi in een stadium van 10.000 man. Ik was bij wijze van spreken al te bang om een bal aan te gooien in zo’n stadium. Agassi daarentegen kwam op als Mike Tayson. In mijn hoofd had ik de wedstrijd toen al verloren. Ik kwam 6-1, 2-0 achter toen er een regenpauze ingelast werd. Uiteindelijk werd het 6-4 in de derde set. Toen besefte ik dat ik mijn eigen mindset moest aanpassen en besefte ik dat ik gewoon mee kon met dat soort jongens. De media maakten ze groot. Maar één op één als tennisser kon ik bijna net zoveel.’ Ook het samenwerken met het duo Haarhuis-Eltingh en hun coach Reijnders heeft hem geholpen om mentaal sterk te worden. “Ik heb het geluk gehad bij die jongens in de keuken te mogen kijken. Uiteindelijk toen ik 23 was, zat ik mentaal op hetzelfde niveau als zij. Ik trok mijn tegenstander het moeras in tijdens lange wedstrijden. Ik was snel, had veel terug en kon zelf ook een tik uitdelen. Ik zou niet graag tegen mezelf willen spelen,” glimlacht Schalken. Dus mentaal sterk zijn op de baan is te leren? “Ja, maar dat kost wel tijd, dat gaat niet binnen een paar weken.”
“Ik trok mijn tegenstander het moeras in tijdens lange wedstrijden. Ik was snel, had veel terug en kon zelf ook een tik uitdelen. Ik zou niet graag tegen mezelf willen spelen.”
En ineens zit je in de kleding
In zijn ‘after-prof’ leven besteedt Sjeng zijn ideale zondag graag met zijn familie. “Beetje uitslapen tot half tien, kijken bij de kinderen die gaan paardrijden en ’s middags misschien nog even een beetje met ze tennissen op de baan bij ons thuis, die overigens alleen daarvoor gebruikt wordt. Het moet vooral relaxt zijn en met de familie. Daarnaast is Schalken zeer intensief bezig met Sjeng Sports, een sportkledingmerk gericht op de sportieve 30-plusser. “In het begin heb ik als zakenman veel moeten leren,” geeft Schalken toe. “Het heeft ook niks met tennis te maken, het is handel in kleding. Het is heel complex en een soort strategische logistieke teamsport. Net als met tennis bereiken we doelen die van te voren onmogelijk leken. We hebben nu in de winkels in Nederland een groter marktaandeel dan Nike en Adidas en dat is wel heel gaaf.” Hoe hij en zijn team dat toch voor elkaar hebben gekregen? “Het is echt ons eigen bedrijf en we werken er heel hard aan. Ik onderhoud ook intensief klantencontact.” Verder komen de voor Schalken bekende eigenschappen uit het topsportersbestaan goed van pas: altijd vechten, doorgaan en elke kans pakken die je krijgt. “Met Sjeng Sports ben je altijd bezig in je hoofd en dat is met tennis ook zo. Als je dat niet doet, dan wordt je verslagen door de concurrent,” stelt de voormalig topsporter. Zijn volgende stap met Sjeng Sports is om uit te breiden naar multisportkleding. Kleding waarin je allerlei sporten kunt doen, zoals ook fitnessen, hockeyen of golfen. “Alleen maar tennis is te beperkt, er zijn te weinig tennissers. Dan hebben we te weinig omzet,” redeneert de strateeg.
“Er zijn heel veel slechte momenten maar op de een of andere manier blijven die goede momenten je het beste bij.”
Hoe die bal stuitert
Terugkijkend op zijn tenniscarrière heeft Schalken, ondanks zijn ‘tekortkomingen’ (zoals hij zelf zijn mentale staat aan het begin van zijn carrière, zijn service en lichaam noemt) het uiterste uit zijn carrière gehaald. “Ik had wel graag wat langer willen spelen. Dan had ik misschien wat meer titels gewonnen. Maar ja, negen is ook netjes,” zegt de perfectionist met een knipoog. Het eerste waar hij aan terugdenkt is de constantheid waarmee hij vier jaar in de top twintig heeft gestaan en zijn mooie resultaten op de Grand Slams, waaronder een halve finale op de US-Open en drie kwartfinales op rij op Wimbledon. “Er zijn heel veel slechte momenten maar op de een of andere manier blijven die goede momenten je het beste bij”, zegt de sporter met veel passie voor tennis. Die passie heeft alles te maken met hoe die bal stuitert. “Hoe die bal in het gravel anders stuit en weer opkomt dan op een hardcourt baan bijvoorbeeld. Als kind vond ik dat gestuiter al fascinerend. Ik kroop al rond met een balletje.” Nu Schalken geaccepteerd heeft dat hij niet meer zo kan spelen als vroeger, staat hij weer met meer plezier te spelen en het resultaat liegt er niet om. Als finalist op de AFAS Tennis Classics laat hij zien nog steeds de grote jongens (uit het veteranecircuit) te kunnen verslaan. Hoe Sjeng zichzelf in drie woorden zou omschrijven? “Perfectionistisch (dan sta ik op on), relaxt (dan sta ik op off en doe ik even helemaal niks) en eerlijk.” Het meest gelukkig is de voormalig topsporter wanneer hij onbezorgd in het leven staat en niet te veel stress aan zijn hoofd heeft, samen met de familie. En eerlijk is eerlijk, daar heeft hij groot gelijk in!
BEKIJK DE GEHELE FOTO’S EN DE SLIDESHOW. KLIK OP EEN FOTO EN DE FOTO’S WORDEN NOG MOOIER!